All Episodes

November 7, 2025 26 mins
In aflevering 9 over de lotgevallen van de Oostendse broers Eugène en Léonce Degrave bevinden zij zich nu in het bagno van Frans-Guyana: het Ile Royale, Ile Saint-Joseph en het Ile du Diable.

Script, stem en opname: Patrick Bernauw. Montage & sound design: Antoine Derksen.

Patrick Bernauw vertaalde en herwerkte de memoires van Eugène tot een meeslepende roman, waarop deze podcast is gebaseerd. De Duivelseilanden is nu dus ook verkrijgbaar in iedere boekhandel, en je krijgt er nog een presentje bovenop als je het aanschaft via deze webshop. Alle info: Kun je een boek schrijven met iemand die al meer dan 100 jaar dood is?  


Later werd ik toegevoegd aan een mobiele eenheid die elke ochtend naar het Duivelseiland ging en pas ‘s avonds terugkeerde. We bouwden er een nieuwe gevangenis voor kapitein Dreyfus en een nieuwe kazerne voor de veertien bewakers die hem vergezelden. Het pronkstuk was een soort Eiffeltoren, waarin een machinegeweer was geplaatst dat het hele Duivelseiland bestreek. De macabere waanzin van deze constructie, zo bleek later, was te wijten aan de angsten van een paar hooggeplaatste criminelen in Frankrijk.
De nieuwe gebouwen verrezen allemaal boven op het bergplateau. Om daar te komen, moest de werkploeg langs de eerste kooi waarin Dreyfus werd opgesloten. Ze was omringd door een houten hek. De beroemde bagnard kreeg voedsel van zijn familie via een koopman uit Cayenne, waardoor hij het gruwelijke menu van de gevangenis aan de kant kon zetten. Elke ochtend vonden we wat brood bij het hek, binnen handbereik. We waren hier erg blij mee, want we werden letterlijk uitgehongerd en we spraken af dat ieder om beurt deze onverwachte meevaller mocht meegraaien. Op een dag merkte een hoofdbewaker op welke manier kapitein Dreyfus zijn naastenliefde toonde. Hij liet ons op een bepaalde afstand halt houden en ging zelf het brood halen, verkruimelde het in zijn handen en gooide het voor de kippen.  

Luister hier naar de vorige afleveringen van De Duivelseilanden:

https://www.spreaker.com/episode/naar-het-duivelseiland-1-de-gebroeders-degrave--59044692
https://www.spreaker.com/episode/naar-het-duivelseiland-2-de-muiters-van-de-niuroahiti--59793830
https://www.spreaker.com/episode/naar-het-duivelseiland-3-de-listen-van-mirey--60080170
https://www.spreaker.com/episode/naar-het-duivelseiland-4-de-arrestatie--60080198
https://www.spreaker.com/episode/naar-het-duivelseiland-5-van-saigon-naar-brest--60778987
https://www.spreaker.com/episode/naar-het-duivelseiland-6-het-proces--61185688
https://www.spreaker.com/episode/de-duivelseilanden-7-in-de-schaduw-van-de-guillotine--67024960
https://www.spreaker.com/episode/de-duivelseilanden-8-het-depot-der-dwangarbeiders--68237772

Become a supporter of this podcast: https://www.spreaker.com/podcast/ware-misdaad--5433901/support.

Het nieuwe boek van Patrick Bernauw heeft alles te maken met de podcast serie van Ware Misdaad, De Duivelseilanden. Bestel je het boek via Bookmundo, krijg je er een aardig presentje bij. Alle info: https://www.bernauw.com/p/de-duivelseilanden.html  Je vindt zij
Mark as Played
Transcript

Episode Transcript

Available transcripts are automatically generated. Complete accuracy is not guaranteed.
Speaker 2 (00:05):
U luistert naar De Duivelseilanden. Een luisterboek geschreven en verteld
door Patrick Bernouw... in een sounddesign van Antoine Derksen. Het
verhaal van De Duivelseilanden, gebaseerd op de memoires van Eugène
de Grave... is nu ook verschenen in boekvorm, als paperback
en als e-boek. Alle informatie in de show notes

Speaker 3 (00:28):
Hoofdstuk 9. De Eilanden. De eerste blik door de patrijspoorten op
de eilanden deed ons het best te verhopen. Ze zagen
er allemaal groen uit. Rotsen waren niet te zien omdat
ze bijna volledig bedekt waren met struiken. Op het Île

(00:49):
Royale waren weinig bomen te bekennen, op Saint Joseph en
het Duivels eiland stonden veel kokospomen. Na de eentonige reis
boden de eilanden ons een prettig uitzicht. Nog voordat we
voor anker gingen, moesten we ons beste pak aantrekken. Een
katoenen overhemd, een broek en een kierl. We zaten daar

(01:13):
als haringen in een ton. In korte tijd waren we
doorweekt van het zweet. Het leek wel of we in
het water waren gevallen. Eindelijk lieten ze het anker vallen.
Er kwamen verschillende bewakers van verschillende rangorden aan boord. Hun
commandant heette Boucher. Mocht het een bijnaam geweest zijn, dan

(01:34):
had ik hier kunnen vertellen dat hij die verdiende. Maar
omdat hij al van zichzelf de Slager heette, noemden we
hem al snel de Flesch. Er zat alleen absint in
die kerel en het was om hem te plezieren dat
ze ons urenlang hadden laten zweten. Boucher, de fles, was

(01:55):
erg klein, maar droeg een prachtige kippie versierd met zilveren
borduurwerk en het kruis van het legioen van eer. Het
blonk op zijn borst als een met bloed besmeurde zon.
Hij monsterde ons van ver en gaf meteen hardop zijn
mening over ons uiterlijk en vermoedelijke lichaamskracht. Hij had iets

(02:16):
van een planter die slaven kwam kopen. Ik verwachtte elk
moment dat hij onze tanden zou inspecteren. Hij kwam voor
mij staan en moest zijn blik naar boven richten om mij,
vrij vriendelijk overigens, in de ogen te kunnen kijken. Wat
een grote vent, zal hij gedacht hebben. Wat ik aan
lengte tekort kom, heeft hij te veel. De fles wende

(02:41):
zich tot de commandant van de bewakers. Hoe heeft deze
zich gedragen? Prima, luidde het antwoord. Het was een van
de stilste en zachtaardigste mannen aan boord en heeft voortdurend
gewerkt om alles schoon te maken of op orde te krijgen.
De fles verwaardigde zich een glimlach en knikte goedkeurend. En

(03:03):
hoe heet hij? Rorik, of de graven. Ineens keek de
fles me aan alsof ik hem net een vuistslag had gegeven,
pal tussen de ogen. Hij bleef me nog een tijdje aanstaren,
draaide zich toen om en verdween zonder nog een woord
te zeggen. Een half uur later werd ik met mijn
zak aan dek geroepen en in een boot gezet waarin

(03:26):
al verschillende bewakers zaten. Er zaten vijf gevangenen aan de riemen,
twee ervan kende ik van Saint-Martin de Ré, maar herkende
ik niet meer toen ze mij begroeten. Ze waren dan
ook compleet onherkenbaar geworden, zoals ze daar aan de riemen zaten,
naakt tot aan het middel, op blote voeten, hun huid

(03:47):
zo bruin als dat van een mesties, het gezicht mager
en getekend. Toch behoorden zij tot de sterkste en best
gevoede gevangenen van de eilanden. Ik was de enige die
op het Ile Royale belandde. Lyons werd ontscheept op Saint-Joseph,
waar zij hem onmiddellijk in een cel stopten. De andere

(04:08):
gevangenen gingen de volgende dag pas van boord. Ik werd

(04:28):
naar een kamp gebracht dat zich op het plateau van
een berg bevond. Ze fouilleerden me van kop tot teen
en brachten me naar de gevangenis waar ik me moest uitkleden.
Al mijn bezittingen en mijn zak werden zorgvuldig doorzocht. Mijn
kleren kreeg ik terug, mijn zak werd me afgenomen. Ze
sloten me op in een cel waar het donker en

(04:51):
vies en erg heet was. Ik kon er amper ademen.
Voor het traliraampje stond een houten trommel met een metalen
deksel waarin minuscule gaatjes waren aangebracht. Boven de deur hing
een gelijkaardige installatie. Alles zat zo vol stof, vuil en
spinnenwebben dat je zelfs overdag niet in een boek met

(05:12):
grote letters had kunnen lezen. Vier planken die ongeveer een
halve meter boven de grond in de muur waren gemetseld
en aan de twee hoeken werden ondersteund door ijzeren voeten
die vast zaten in het bitumen, vormden het enige meubilair
in mijn nieuwe appartement. In mijn cel kon ik vijf
kleine stappen zetten. Ik wandelde een deel van de dag,

(05:36):
maar moest af en toe even gaan zitten omdat mijn
hoofd tolde. Ik stikte. Als dit dwangarbeid voor het leven is,
dacht ik, zal dat leven niet lang duren. S'avonds kwamen
ze een van mijn voeten met een beugel vastzetten aan
een ijzeren staaf. De rest van de nacht kon ik
niet bewegen. Er stonden twee oude blikken met een inhoud

(05:59):
van ongeveer drie liter. Ze hadden vroeger gedroogd vlees bevat
en waren nu vuil en verroest. In het ene werd
ochtends en s'avonds een liter water gegoten, het andere deed
dienst als kamerpoe. Later zou ik gestraft worden omdat ik
kleine stukjes van mijn deken scheurde om mij te reinigen
en te veel honger had om daar mijn brood voor

(06:20):
te gebruiken. Dertig dagen isoleercel wegens het vernietigen van een deken,
luid uitverdicht. In het begin had ik nog geen deken
en kregen de muggen helemaal vrij spel. Over de luizen, vlooien, bedwansen, kakkerlakken, duizenpoten,
schorpioenen en tarantulas zal ik het maar niet hebben. Wel,

(06:42):
de beet van een schorpioen of een tarantula bezorgt je
hoge koorts en helse pijnen. Ga je de open lucht in,
dan krijg je te maken met vliegen, slangen en verschillende
soorten wespen, waaronder de zwarte, gewapend met een vaak dodelijke angauw.
Ik kreeg een smerige pap te eten. In water gekookte

(07:02):
rijst met maden en wormpjes. Ik probeerde de brei op
te eten. Het lukte niet. Boven de deur van mijn
sal prijkte een opschrift. De graven, genaamd Rurik, tot nader
order opgesloten bij wijze van preventieve maatregel. Blijkbaar kon de
fles mij hier vasthouden zolang hij dat wilde. Vergat hij

(07:25):
mij en dan was het voorbij. Niemand zal zich zorgen
maken over wat er was gebeurd met de ongelukkige prooi
van een voortdurend dronken maniak. Acht dagen lang verveelde ik
mij vreselijk. Mij was een onmogelijk. Je was tegen wanneer

(07:48):
dat mogelijk was. Zelden. Toen werd op een mooie ochtend
de deur van mijn cel opengeworden. Zeg eens, informeerde een bewaker,
denk jij soms dat je je brood gaat verdienen door
te luieren? Ik heb niet gevraagd opgesloten te worden, zei ik.

(08:09):
Laat mij naar buiten en ik zal maar al te
graag aan het werk gaan. De bewaker wierp me een
strooien hoed met gaten toe, oud en vies, en samen
met andere dwangarbeiders die sinds hun aankomst op Guyana waren
gestraft voor een ontsnappingspoging, diefstal, moord of een ander misdrijf,
toog ik aan het werk. Als wij niet werden overgeleverd

(08:32):
aan de haat van een commandant, verzamelden we ons avonds,
de voeten gekluisterd, in een hele grote cel met alle
ongemakken van een kleine. Het idee alleen al opgesloten te
worden in deze strafcel deed ons huiveren. De commandant en
hij alleen besliste daarover. Je voelt je daar als in

(08:54):
het voorportaal van je graf. Zalzaam zijn de mannen die
de straf zal overleven. Je gaat nooit de buitenlucht in.
Mag hooguit een uurtje wandelen in een donkere gang, een
half uurtje als er te veel gestraften zijn. Je zit
er in een kerker zonder daglicht. Om te kunnen ademen
gaan ongelukkigen op de grond liggen, met hun mond zo

(09:16):
dicht mogelijk bij een gat, met een zo fijn geperforeerde
ijzeren plaat voor, dat er geen sigaret doorheen kan. Er
waren mannen, blijkbaar zo onverwoestbaar, dat ze het er vijf
jaar uithielden. David Ballin Crespi Een andere ging al na
twee maanden naar de ziekenboeg. Michelet was zijn naam, een

(09:39):
van de sterkste jongens die ik daar heb gekend. Een
reus met krachtige ledematen en een fiere houding toen hij aankwam,
een uitgemergeld en voorovergebogen oud mannetje toen hij naar de
ziekenboeg verhuisde. Hij leed aan een ziekte die niet meer
voorkomt als er geen misdaad mee gemoeid is. Scheurbuik. In

(10:00):
Engeland kreeg een kapitein ooit een gevangenisstraf omdat hij aan
boord een geval van scheurbuik had gehad. Op de eilanden
leden alle ongelukkigen in de strafcellen, een groot aantal mannen
in de gewone cellen en zelfs sommigen in het kamp
aan scheurbuik door de slechte kwaliteit van het voedsel. Er
zijn menslievende artsen die het als een plicht zien geen

(10:23):
onderscheid te maken tussen een veroordeelde en een vrijman. Ik
noem ze hier graag bij naam. De heren Barreau, Patriarch, Leroux, Miquel.
Maar ik beklaag de zieke banniaar die te maken krijgt
met dokters als Pasquet, Ripoteau en vooral Birolo, die in

(10:43):
functie was toen ik de eilanden verliet en die de
Beul werd genoemd. Hij richtte zich zelfs in grove bewoordingen
tot de brave zusters in de ziekenboeg.'' Prijs je gelukkig
dat je leven gespaard bleef, jij schurk'' was zijn favoriete uitspraak.
Tekende hij een briefje voor de ziekenboeg, dan kon dat
vaak meteen ook dienst doen als overlijdensakte. Een goede dokter

(11:09):
stuurde iemand die aan scheurbuik leed naar de ziekenboeg om
hem weer op krachten te laten komen. Pirolo liet ze
sterven als honden. Op de kaai werd een kar volgeladen

(11:40):
met zand, bakstenen of kalk en die moesten we over
de bergflank naar het plateau trekken. Aan de dissel was
een dubbel touw vastgemaakt en we stelden ons als Brabantse
trekpaarden op in twee rijen het touw op onze schouders.
S'avonds werd ik weer in mijn cel gestopt. Ik had
vreselijke hoofdpijn en lichte koorts. Ik had een zonnesteek opgelopen

(12:03):
met dank aan het gat in mijn hoed. Ik deed
dit werk acht dagen en werd s'avonds in een cel opgesloten.
Toen de Saint-Nazaire was vertrokken, mocht ik naar buiten om
samen met de andere dwangarbeiders de gewone dienst te verrichten.
Ik werd in de stenen kist geplaatst, het enige gemeenschappelijke

(12:24):
gebouw op het Ile Royale dat in steen is opgetrokken.
Het heeft sterke tralies voor de ramen en het wordt
toegewezen aan keikoppen, of gewoon slimme koppen, en meesters in
het ontsnappen. Met andere woorden, aan intelligente mannen die durven
te protesteren tegen het misbruik, die zichzelf niet willen verlagen

(12:44):
tot het verklikken van kameraden en die er nog steeds
van dromen te ontsnappen. Een maand lang bouwde ik met
mijn lotgenoten aan een pier in het noordelijke deel van
het Ile Royale tegenover het Ile de Diable, het duivelseiland.
Het werk was buitengewoon zwaar. We moesten grote blokken blauwe

(13:04):
steen breken met een voorhamer van 12 kilo of ze verplaatsen
met een hefboom van meer dan 50 kilo. We stonden onder
toezicht van een Britonse bewaker, een voormalige zeeman, Le Goff, geheten.
Hij was niet gemeen als hij niet gedronken had, maar
jammer genoeg was hij zo goed als nooit nuchter en
moesten we zijn alcoholische woede aanvallen dan maar verdragen. Later

(13:29):
werd ik toegevoegd aan een mobiele eenheid die elke ochtend
naar het Duivelseiland ging en pas avonds terugkeerde. We bouwden
er een nieuwe gevangenis voor kapitein Dreyfus en een nieuwe
kazerne voor de veertien bewakers die hem vergezelden. Het pronkstuk
was een soort Eiffeltoren waarin een machinegeweer was geplaatst dat

(13:49):
het hele Duivelseiland bestreek. De macabere waanzin van deze constructie,
zo bleek later, was te wijten aan de angsten van
een paar hooggeplaatste criminelen in Frankrijk. De nieuwe gebouwen verrezen
allemaal bovenop het bergplateau. Om daar te komen moest de
werkploeg langs de eerste kooi waarin Dreyfus werd opgesloten. Ze

(14:13):
was omringd door een houten hek. De beroemde banneling kreeg
voedsel van zijn familie via een koopman uit Cayenne, waardoor
hij het gruwelijke menu van de gevangenis aan de kant
kon zetten. Elke ochtend vonden we zijn brood bij het
hek binnen handbereik. We waren hier erg blij mee, want
we werden letterlijk uitgehongerd en we spraken af dat ieder

(14:34):
op zijn beurt deze onverwachte meevaller mocht meegraaien. Op een
dag merkte een hoofdbewaker op welke manier kapitein Dreyfus zijn
naastenliefde toonde. Hij liet ons op een bepaalde afstand halt
houden en ging zelf het brood halen, verkramelde het in
zijn handen en gooide het voor de kippen. Vanaf dat

(14:55):
moment ging het iedere keer zo. Wist Dreyfus wat er
met zijn brood gebeurde? Ik denk van niet. De bewakers
haten hem omdat hij ze met een soort soevereine minachting behandelde.
Vijf jaar lang bracht kapitein Dreyfus de ongelooflijke moed op
om niet met zijn folteraars te praten. Ze zouden zijn

(15:16):
stem slechts twee keer te horen krijgen. Op de dag
toen hij protesteerde omdat hij geboeid werd en toen een
officier van justitie uit Cayenne hem kwam ondervragen. Er waren

(16:03):
goedgevoede mannen nodig om de zware arbeid te verrichten die
ons werd opgelegd. Misschien is het daarom aangewezen even stil
te staan bij het ranzoen van een veroordeelde. Zondag om 10
uur een halve liter bouillon en ongeveer 100 gram gekookt vlees.
S'avonds 60 gram in water gekookte rijst. Maandag om 10 uur 200 gram

(16:25):
gedroogd vlees. S'avonds 100 gram gedroogde groenten, rode of witte bonen,
herten of linzen, gekookt in water. Dinsdag zoals zondag. Woensdag
om 10 uur 100 gram gezouten spek. S'avonds 100 gram gedroogde groenten, gekookt
in water. En voor de rest donderdag zoals zondag, vrijdag
zoals maandag, zaterdag zoals woensdag. Dagelijks ook twee liter water

(16:50):
en 750 gram brood. Het zou al niet veel zijn als
het allemaal eetbaar was geweest. Ik weet niet of de
directie het met opzet deed, maar al het voedsel was
van slechte kwaliteit en meestal bedorven door schimmels. Het spek
was geel en oud. We moesten het bijna altijd weggooien.

(17:11):
Nog maar in de buurt van de keuken komen was
al voldoende om een infectie op te lopen. Het gedroogde
vlees kwam uit Australië. Het was zo taai dat je
er de tanden op brak en slikte je het door,
dan lag het nog uren daarna in je maag rondjes
te draaien. Het verse vlees kwam van ossen die maandelijks
uit Brazilië werden aangevoerd. Als ze tijdens de eerste dagen

(17:35):
na hun aankomst werden geslacht, was het vlees nog goed.
Maar zodra de ossen zelf niets meer te eten vonden
en de veewachters hun Turkse koren aansloegen om het aan
hun kippen te geven, kwijnden de dieren zienderogen weg. Werd
er een osgeslacht, dan ging al het goede vlees natuurlijk
naar de directeur, de dokters, de soldaten, het militaire hospitaal.

(17:58):
En wat zij niet wilden, dat kregen wij. Dit vlees
moesten we dan in de handen nemen en met de
tanden aan stukken scheuren, zoals de wilde dieren. Ik heb
vaak gezien dat als we vlees of spek door het
raam gooiden, de honden aan de hond kwamen ruiken en
wegliepen zonder ervan te eten. Kommen, vorken of messen waren

(18:18):
niet toegelaten. Raakte je de lepel kwijt die je in
Saint-Martin-de-Ré had gekregen, dan was dat jammer voor jou. Een
nieuwe zouden ze je niet geven. Bij onze aankomst in

(18:45):
Guyana hadden ze al mijn kleren afgenomen, maar ook enkele
stukken zeep. Een stuk dat al voor twee derde verbruikt was,
lieten ze mij houden. En precies dit stuk was mij
het meeste waard. In Saint-Martin had ik een gouden munt
te pakken gekregen en nadat ik met een speld een
gleuf in het stuk zeep had gemaakt, verstopte ik er

(19:06):
mijn munt in. Elke keer als ik aan een handvol
water geraakte om mij te wassen, gebruikte ik daarvoor deze
brok zeep. Niemand die vermoedde dat ik 20 frank rijk was.
Dit fortuin was ik van plan in te zetten voor
kleine essentiële dingen die mij konden helpen te ontsnappen. Wanneer
we terugkeerden van het werk, werden we gefouilleerd door een voorman.

(19:30):
We moesten de armen spreiden, de mond openen, onze strogoed afzetten.
Dan betaste de voorman je lichaam om iets illegaals te ontdekken.
Er waren veel Arabische voormannen. Zij waren stomzinnig en woest.
Soms ontdook ik de fouillering door een slang in mijn
zak te stoppen of in mijn hand te houden of
zelfs om mijn hals te leggen. Geen enkele Arabier durfde

(19:54):
me dan benaderen. Ze waren vreselijk bang voor slangen, of
ze nu giftig waren of niet. Deze voormallen, dat waren
dus veroordeelden die gemeen en laf genoeg waren om hun
medegevangenen te bespioneren. Zij kregen een kwart liter wijn per
dag en bij elke verklikking 20 gram tabak en een extra

(20:15):
maat wijn. Overdag vervingen of begeleiden ze de bewakers. Ze
droegen de sleutels om de hutten en de cellen te
openen en te sluiten en ze trokken om beurt een
paar uren de wacht op langs de kusten van een
eiland of bij de hutten van hun medegevangenen. Al deze
voormannen mochten dolken, knuppels en zwepen met loden bolletjes bij

(20:37):
zich dragen. Naast de regelmatig betaalde verklikkers waren ook anderen actief,
die te bang waren dat ze op een onbewaakt moment
neergestoken zouden worden om het vuile werk van de voormannen
op te knappen. Zij leefden en werkten zoals hun kameraden,
gingen de beulen alles verklappen wat ze te weten konden komen,
tot zelfs waarover iemand de hele nacht had gedroomd. Hadden

(21:00):
ze geen tabak meer, dan bedachten ze wel iets om
te vertellen aan de bewakers. Het werd aanvaard als was
het een nieuw evangelie. Werd je geslagen of opgesloten in
een cel, dan kwam dat omdat een of andere kerel
snel 20 gram tabak was gaan verdienen. Van de ene op

(21:34):
de andere dag werd ik overgeplaatst naar de keuken. Niet
als kok, maar als hulpje van twee veroordeelde koks. Het
was geen gunst die mij werd bewezen, ze plaatsten me
in de keuken om me beter in de gaten te
kunnen houden. Een van de twee koks was een stille
verklikker en ik werd ook geschaduwd door een kerel die

(21:55):
me zelfs volgde naar een plaats waar een mens zich
felgeneert als hij niet alleen is. Ik was bekend en
werd gewaardeerd door alle gevangenen, behalve door verklikkers. Er is
geen ontsnapping of poging tot ontsnapping geweest op de eilanden,
behalve één, die van een verklikker, waarbij ik niet een
handje geholpen heb. Ik zeg dit met trots. In de

(22:20):
maand november legden enkele mannen die op de boten werkten,
mij hun ontsnappingsplan voor. Ga met ons mee, stelden ze voor.
Dat zal niet lukken, zei ik, want op het moment
dat jullie het beste uitkomt om te vertrekken, zit ik
opgesloten in mijn cel. Maar ik heb ze wel nog
goed advies kunnen geven. Rond het middaguur voer de harpoenierssloep uit,

(22:44):
de snelste boot van het eiland. Wanneer hoofdbewaker Maurice zich
bij de kapitein meldde, konden mijn zes kameraden de roeiriemen
uit het magazijn halen en snel aan boord gaan. Toen
Borisset hen zag uitvaren, trommelde hij al de bewakers op
die hij kon vinden en posteerde ze op een plaats
waar de vluchtelingen moesten passeren. Ze waren gewapend met geweren

(23:07):
en bevonden zich wel 50 meter boven zeeniveau. Ik zat vast
in de stenen kist, maar kon ze aan de riemen
zien trekken, alsof ze in een parade zaten. Toen mijn
vrienden op zowat 150 meter van de kust voorbij voeren, begonnen
bewakers te schieten. Bij het eerste schot ging maar één
enkele man bang op de bodem van de sloep liggen.

(23:30):
De anderen deden dapper hun plicht. Vooraan zat een zwarte Amerikaan,
tot til. Nu en dan liet hij met één hand
zijn roeispan los om rechtopstaand en onder de kogelregen de
schutters uit te dagen. Het was schitterend. Wat een moed
spreiden zij ten toon. Een minuut na het eerste schot

(23:50):
arriveerden de soldaten en zij waren gewapend met lebelgeweren. Al
de gevangenen in de stenen kist waren naar het raam
gerend en allemaal geloofden we dat het laatste uur van
de vluchtelingen nu had geslagen. Zuster Antoinette, die ook naar
het raam was gelopen, sloeg een kruis en mompelde al door,''
O mijn God, o mijn God!'' Ik weet zeker dat

(24:13):
ze niet voor de soldaten bad en dat deed de
rest van ons ook niet. Konden die geweren maar in
hun handen ontploffen. Maar kijk, onze gebeden moeten de hemel
hebben bereikt, want hoewel er op zijn minst een paar
honderd schoten werden gelost, werd niet één iemand geraakt. Totil
kreeg een kogel in zijn roeispaan en een tiental andere

(24:35):
projectielen maakten krassen of sloegen gaten in de rom van
de sloep, zonder veel erg. Morisset eiste een schoener op
die in de haven lag. Die lichtte onmiddellijk het anker,
nam twee boten vol bewakers en voormannen op sleeptouw en
zette de achtervolging in. Ik had ondertussen gemerkt dat de

(24:56):
roeitechniek van mijn kameraden maar één gebrek vertoonde. De riemslagen
waren te kort en ze volgden elkaar te snel op.
En toen de vluchtelingen de schoener zagen, verloren ze hun
tegenwoordigheid van geest. In plaats van de zee op te gaan,
recht tegen de wind in, wat de achtervolging door de

(25:16):
schoener onmogelijk zou hebben gemaakt, zetten zij koers naar het
land en stranden in de modder. De schoener kwam daar
bijna tegelijk aan. Bewakers en voormannen zetten de achtervolging in.

(25:37):
Een man uit Soudan, Lamine Diop genaamd, stak een vluchteling
met zijn dolk in de schouder. Binnen de 24 uur waren
ook alle anderen weer gevangen genomen. Totil als laatste. Morisset
had nog zes kogels uit zijn revolver op hem afgevuurd,
op twintig passen afstand zonder hem te raken. Gebonden als

(26:01):
worsten werden ze teruggebracht naar de eilanden en een maand
later vertrokken ze naar Cayenne om bestraft te worden voor
hun poging tot ontsnapping.
Advertise With Us

Popular Podcasts

Las Culturistas with Matt Rogers and Bowen Yang

Las Culturistas with Matt Rogers and Bowen Yang

Ding dong! Join your culture consultants, Matt Rogers and Bowen Yang, on an unforgettable journey into the beating heart of CULTURE. Alongside sizzling special guests, they GET INTO the hottest pop-culture moments of the day and the formative cultural experiences that turned them into Culturistas. Produced by the Big Money Players Network and iHeartRadio.

Crime Junkie

Crime Junkie

Does hearing about a true crime case always leave you scouring the internet for the truth behind the story? Dive into your next mystery with Crime Junkie. Every Monday, join your host Ashley Flowers as she unravels all the details of infamous and underreported true crime cases with her best friend Brit Prawat. From cold cases to missing persons and heroes in our community who seek justice, Crime Junkie is your destination for theories and stories you won’t hear anywhere else. Whether you're a seasoned true crime enthusiast or new to the genre, you'll find yourself on the edge of your seat awaiting a new episode every Monday. If you can never get enough true crime... Congratulations, you’ve found your people. Follow to join a community of Crime Junkies! Crime Junkie is presented by audiochuck Media Company.

The Brothers Ortiz

The Brothers Ortiz

The Brothers Ortiz is the story of two brothers–both successful, but in very different ways. Gabe Ortiz becomes a third-highest ranking officer in all of Texas while his younger brother Larry climbs the ranks in Puro Tango Blast, a notorious Texas Prison gang. Gabe doesn’t know all the details of his brother’s nefarious dealings, and he’s made a point not to ask, to protect their relationship. But when Larry is murdered during a home invasion in a rented beach house, Gabe has no choice but to look into what happened that night. To solve Larry’s murder, Gabe, and the whole Ortiz family, must ask each other tough questions.

Music, radio and podcasts, all free. Listen online or download the iHeart App.

Connect

© 2025 iHeartMedia, Inc.